Ontbijtspullen eerst in de vaatwasser gezet.
Vervolgens een lichtvoetig soort muziekje opgezet.
Daarbij wat schoonmaakwerk gedaan.
Zo allerlei kleine versiersels weer zien staan.
Dingen uit andere landen meegenomen.
Geschenkjes waarmee mensen zijn afgekomen.
Ze staan zo rustig hele dagen in ons huis.
Ze zijn veel meer dan wijzelve altijd thuis.
Ze strelen ons met hun vertrouwdheid.
Ze kalmeren soms de oprukkende benauwdheid
van het volle leven met zijn drukte, zijn teveel.
Dan wordt hun stille rust, kalmerend, weer ons deel.
Je wrijft er minzaam met de stofvod over.
Je ziet het glanzen van hun kleine tover.
Je probeert hen even uit in een ander hoekje.
Andere compositie, op een veelkleuriger doekje.
Op de vensterbank moet wel een plaatsje blijven voor de huispoes,
boven het wijnrek – bij de voorraad voor een beetje avondroes.
Met zo’n kleine, dagelijkse dingen kom je rustig-weg de dagen door.
Daar dienen al die doodgewone en vertrouwde spullen voor.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten