zondag 23 januari 2011

DOODSKLOKKEN


De klokken luiden luid over het dorp.
Er is een mens gestorven.
Veel andere mensen stromen toe.
Ze weten hoe het pijn kan doen,
iemand verliezen.
Een dierbare,
een mens van dicht bij ons.

Zijn licht is uit dat lang over ons scheen.
Hij is nu heen gegaan vanwaar
geen mens ooit terugkwam.
Wij vragen ons dan af waar hij of zij,
op welke landkaart, zich nu in hemelsnaam bevindt.
We denken en we hopen: in een legendarisch land 
met licht, en heel veel zachte zon.
  
Er is een leegte nu. 
Er zijn herinneringen.
Er zijn wat kleine, fijne melodietjes
die op onverwachte ogenblikken
soms stilletjes in ons beginnen zingen.
Er is een kracht die ons vaak vleugels geeft,
iets dat als ingedrongen sterkte overblijft
uit hoe hij heeft geleefd.

We buigen wel het hoofd.
We zitten wel in zak en as.
We voelen ons ontsteld, ontdaan, beroofd.
Toch danken wij voor wie dit wonder wezen
in ons leven was. En is.
En, ondanks onze aardse achterblijverspijn,
altijd ook zal zijn.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten