maandag 28 november 2011

HET KERELTJE VAN VIJFTIEN MAANDEN



Hij begint zinnen te frazelen die
op bazelen lijken, maar het systeem
erin is al helemaal van

hem.

Hij zoekt zijn woorden, hij zoekt zijn
stem. Ze dringen van alle kanten in
hem binnen, zinnen die hij in stukjes
mag hakken en leren imiteren, combi-
neren. Het plezier van de tong. De pret
van de klanken. De toverbal van de taal.
Aan de haal wil hij er mee gaan, bellen
wil hij ermee blazen en zijn verbazen
woorden geven, laten leven. Zie hoe
alles rolt door het gras en geurig en
groen kleurt, merk hoe in woorden het
ontstaan van de wereld opnieuw gebeurt.
In wat hij zegt, in wat hij aarzelend zingt,
in wat als klanken uit zijn mondje klinkt.

Hij begint zinnen te frazelen die niet langer
op bazelen lijken, en het leven imiteert zich
voor de miljardste keer weer in hem: in zijn
nieuwe woorden, lichtelijk, liefelijk anders.
In zijn nieuwe en voordien nog nooit gehoorde

stem.      


DE SCHILDER - OPENING SINT-ANNASITE 25 NOVEMBER



Hij staat voor het witte doek.
Hij zoekt nog de juiste vorm,
de beste kleuren.

De verftubes liggen open gedraaid.
Het licht komt stormenderhand
binnengewaaid.

Hij zet een aanzet aan.
Hij gaat een stapje verder staan.

Hij perst zijn ogen tot streepjes,
schat in.

Hij staat aftastend
aan het begin
van een nieuwe,
in zichzelf besloten wereld
waar je binnen mag als je
loopt te zwaaien met

de witte vlag van 

o v e r g a v e.

DE BRANDWEERMAN - OPENING SINT-ANNASTIE 25 NOVEMBER



Er zijn veel noodgevallen in ons dagelijks bestaan
die ons met hun kleine of hun grote kwelling slaan.

Een wespennest genesteld onder ons dak.
Niet zo erg, zeg je  -  tot een wespenmannetje
ons kleinste meisje stak.

De brandweer heeft het nest dan weggenomen,
of is met een probater middel afgekomen.

Bij overstromingen – dan rukken ze ook uit.
Ze zuigen water uit kelders naar buiten
dat ze anders voor het blussen gebruiken.

Ze dragen zandzakken aan
en zorgen dat we weer veilig
met onze voeten in het droge staan.

Als auto’s botsen, of er is erger aan de hand,
en we worden door wanhoop overmand:
dan is de brandweer daar met het grof geschut.

Grote investeringen bewijzen dan hun nut
in toegeslagen leed waartegen men, zonder
die middelen, niets dan panikeren deed.

Ze snijden ijzerplaten door, ze lopen zoekend
langs het tragisch spoor, ze deinzen niet terug
al hadden ze misschien ook liever hun rug
willen keren.

Maar hier is nood aan wilskracht,
aan een spoortje van licht
in deze donkere nacht van feiten.

Dus doen zij wat doodgewoon moet,
het enige wat enigszins helpt,
een doekje dat het bloeden stelpt.

Zij staan paraat. Dus dank, brandweerman,
maat, dat jij door het vuur voor ons gaat!

DAAR IS DE POLITIE AL - INHULDIGING SINT-ANNASITE


RUIM BAAN!
RUIM BAAN!
DAAR KOMT DE POLITIE AAN!
ZIJ STELLEN WEL ORDE OP ZAKEN!
ZIJ ZULLEN ER WEL EEN EIND
EN EEN MOOI NIEUW BEGIN
AAN GAAN MAKEN!
GELUKKIG -
RUIM BAAN -
KOMT DE POLITIE ER AL AAN !!!

zaterdag 20 augustus 2011

SCHOOLJAAR IN ZICHT



Met het volgend schooljaar
al in zijn hoofd
behangt de leraar
in de laatste vakantieweken
de keuken,
haalt de garage overhoop,
en oh! er moet op
een kamer boven
nog voor vloerbedekking
worden gezorgd!

Maar welke gezichten zullen
hem vragend en misschien
zelfs verwachtingsvol
aankijken beging september?

Hij projecteert ze al
op het behang dat hij hangt,
op de vloer die hij legt
en hij tracht,
mechanisch verder werkend,
al te raden
naar het diepste wezen
van hun vragen.


22081987

ZELFZORG



IK BEN, EEN BEETJE NAMOE NOG, ONTWAAKT
EN TAMELIJK MOEIZAAM UIT MIJN BED GERAAKT.
GELUKKIG WAS ER TOEN VERFRISSEND WATER
EN EEN VERSTERKEND EN GEZOND ONTBIJTJE LATER.
IK HEB MIJN WILD GROEIENDE BAARDHAAR AFGESCHOREN,
TANDEN FLINK GEPOETST, EN VOELDE MIJ METEEN HERBOREN.

IK HEB MIJN NAGELS - TOCH GEEN ZWARTE RANDEN? - NAGEKEKEN
EN HEB DE RIMPELS IN MIJN VOORHOOFD IETWAT GLADGESTREKEN.
IK HEB DE KRANT GELEZEN EN WAS WEER HELEMAAL BIJ.
IK PRAATTE RUSTIG MET DE HUISGENOTEN RONDOM MIJ.
MIJN SCHOENEN HEB IK OOK WAT BIJGEKLEURD; 
HET HAAR GEKAMD - DAT WAS NOG NIET GEBEURD.

IK BEN EEN TIJDJE VOOR DE SPIEGEL BLIJVEN STAAN:
MOET HIER OF DAAR NOG OPLAPWERK WORDEN GEDAAN?
IK HEB MIJN ARMEN RONDJES IN DE LUCHT DOEN DRAAIEN.
IK HEB LINKS EN RECHTS WAT MET MIJN BENEN LOPEN ZWAAIEN
IK HEB MIJN BONTSTGEKLEURDSTE (!) KLEREN AANGEDAAN
EN BEN DE GROTE, WIJDE WERELD INGEGAAN.